De vraag “Hoeveel moet je verdienen om tot de rijkste 10% van België te behoren?” is niet alleen interessant, maar ook relevant in een tijd waarin de kloof tussen inkomensgroepen steeds meer aandacht krijgt. Hier duiken we in de cijfers, analyseren de belangrijkste trends, en geven we een overzicht van de inkomensgrenzen die je toegang geven tot deze elitegroep.
De rijkste 10% van een land is de groep personen of huishoudens met een inkomen dat in de bovenste 10% van de verdeling valt. Dit omvat zowel arbeidsinkomsten (zoals loon en bonussen) als niet-arbeidsinkomsten (zoals investeringen en huurinkomsten).
Het inkomen dat je nodig hebt om tot deze groep te behoren verschilt per land en regio, afhankelijk van economische factoren zoals kosten van levensonderhoud en belastingdruk. In België is deze grens relatief hoog door het algemeen hogere gemiddelde inkomen in vergelijking met sommige andere Europese landen.
Volgens de meest recente cijfers van Statbel, de Belgische statistiekdienst, bedraagt het netto belastbaar inkomen van de bovenste 10% gemiddeld ongeveer 6.500 euro netto per maand. De inkomensgrens om tot deze groep te behoren, ligt echter iets lager. Je moet minimaal 5.800 euro netto per maand verdienen als alleenstaande om tot de rijkste 10% te behoren.
Voor koppels of gezinnen liggen deze bedragen hoger. Hier spelen namelijk factoren zoals het aantal inkomens en de samenstelling van het huishouden een rol.
Belangrijke cijfers:
Deze drempels worden jaarlijks geactualiseerd door organisaties zoals Statbel en Eurostat.
(lees verder onder de afbeelding)
Het gemiddelde netto inkomen in België ligt volgens Statbel rond de 2.000 tot 2.200 euro netto per maand. Dit betekent dat je meer dan het dubbele van het gemiddelde inkomen moet verdienen om tot de top 10% te behoren.
Dit verschil illustreert de inkomensongelijkheid in België. Hoewel het land relatief goed scoort op economische gelijkheid in vergelijking met andere landen, blijft er een duidelijke kloof bestaan tussen de middenklasse en de rijkste lagen van de bevolking.
(Bronnen: Statbel, Eurostat, OESO - Afbeeldingen: Unsplash)
Lees het artikel op de mobiele website