De loonkloof tussen mannen en vrouwen blijft een hardnekkig fenomeen in België. Volgens de meest recente cijfers bedraagt het verschil in bruto uurloon gemiddeld 4,8% in het voordeel van mannen. Wanneer we kijken naar het jaarloon, loopt het verschil zelfs op tot 21%, vooral omdat vrouwen vaker deeltijds werken of in sectoren met lagere lonen actief zijn.
De loonkloof heeft verschillende oorzaken. Een van de belangrijkste is het verschil in sector en functie: vrouwen zijn oververtegenwoordigd in zorg, onderwijs en administratie, sectoren waar de lonen traditioneel lager liggen. Ook loopbaanonderbrekingen door zwangerschap of zorg voor kinderen spelen een rol. Daarnaast blijven onbewuste vooroordelen bij aanwervingen en promoties een invloed hebben op de lonen.
Er is wel degelijk een positieve evolutie merkbaar. Twintig jaar geleden lag de loonkloof op meer dan 10% op uurbasis. Dankzij wetgeving rond gelijke verloning, het invoeren van barema’s en maatschappelijke bewustwording, is de kloof in dalende lijn. Toch verloopt die vooruitgang traag en ongelijk, zeker als je kijkt naar het totale inkomen op jaarbasis.
In Europees perspectief staat België er relatief goed voor. Het Europese gemiddelde ligt rond de 12,7% (Eurostat, 2023). Dat plaatst België in de top vijf van landen met de kleinste loonkloof. Toch benadrukken experten dat we niet mogen berusten: gelijke arbeid moet gelijk beloond worden, ongeacht gender. (lees verder onder de afbeelding)
Structurele maatregelen zijn noodzakelijk. Denk aan:
Het doel is niet alleen het dichten van de loonkloof, maar ook het creëren van een echt gelijke arbeidsmarkt, waarin iedereen op basis van talent en inzet wordt beloond.
De cijfers verbeteren, maar de loonkloof is nog lang niet verdwenen. Gelijke kansen vergen blijvende inspanningen van overheid, werkgevers én werknemers. Transparantie, bewustwording en beleid moeten hand in hand gaan. Alleen dan komt echte loongelijkheid in zicht.
(Afbeeldingen: Unsplash)
Lees het artikel op de mobiele website